De Rebec
Inhoud:
Geschiedenis
De oorsprong
Beroemde vioolbouwers
Het hout
Soorten
Zaagwijze
Droogtijden
Geschiedenis
De oorsprong
De oorsprong van welk snaarinstrument dan ook is helaas in de nevelen van de tijd verloren gegaan.
En ondanks uitgebreid onderzoek is er geen bevredigend antwoord
gevonden op deze oorsprongsvraag. De magere oogst van deze onderzoeken is voornamelijk vermoedens.
Wel is vastgesteld dat er diverse voorgangers van de viool waren, zoals de Engelse crewth, de rebec, de viola da gamba, de Arabische rebab, de vedel welke
met de strijkstok werd bespeeld, het organistrum en de chiponie.
Van deze instrumenten is de rebec het meest gelijkend op de viool, heeft 3 snaren, de G, D, A en wordt/werd met de strijkstok bespeeld.
Dit instrument heeft geen zijkanten, zoals
de viool die heeft, maar is peervormig uit 1 stuk hout gevormd, uitgehold en van een vlak bovenblad voorzien. De historie van de rebec gaat ver terug in de tijd en het instrument heeft waarschijnlijk een oosterse oorsprong
De rebab is geïntroduceerd
tijdens de Moorse overheersing in Spanje aan het einde van de 7e eeuw en het instrument is eigenlijk niets ander dan de rebec.
Het woord rebec komt pas in de dertiende eeuw voor in de Franse literatuur.
In Engeland was de rebec een onderdeel van
het Koninklijke orkest. Dit orkest bestond uit vijftien trompetten, drie luiten, drie rebecs en drie taborets (handtrom) een harp, twee viola da gamba’s, vier trommels, een dwarsfluit en tien doedelzakken.
De rebec was een instrument met een hard
nasaal geluid. En werd gebruikt voor dansmuziek.Het instrument paste voor een lange tijd bij de instrumenten die gebruikt mochten worden aan het Koninklijke hof.
Pas in de eerste jaren van de zeventiende eeuw, raakte de rebec uit de mode door de opkomst
van de viool.